Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. sichverwunden:


Duits

Uitgebreide vertaling voor sichverwunden (Duits) in het Nederlands

sichverwunden:

sichverwunden werkwoord

  1. sichverwunden (kränken; quetschen; düpieren; )
    kwetsen; krenken
    • kwetsen werkwoord (kwets, kwetst, kwetste, kwetsten, gekwetst)
    • krenken werkwoord (krenk, krenkt, krenkte, krenkten, gekrenkt)

Vertaal Matrix voor sichverwunden:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kwetsen Beschädigen; Verletzen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
krenken düpieren; kränken; quetschen; schaden; schädigen; sichverwunden; verletzen; verwunden beleidigen; düpieren; kränken
kwetsen düpieren; kränken; quetschen; schaden; schädigen; sichverwunden; verletzen; verwunden beleidigen; düpieren; kränken; verletzen; verwunden