Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Vertaal spielerisch

Vertaal spielerisch van Duits naar Nederlands

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

spielerisch:
- speels; luchthartig; losjes; luchtig; zorgeloos; gerust; onbesuisd; onbezorgd; onbekommerd
Wiktionary:
- spielerisch → ludiek

Duits

Uitgebreide vertaling voor spielerisch (Duits) in het Nederlands

spielerisch:

spielerisch bijvoeglijk naamwoord

spielerisch
speels; luchthartig; losjes; luchtig
- speels bijvoeglijk naamwoord
- luchthartig bijvoeglijk naamwoord
- losjes bijwoord
- luchtig bijvoeglijk naamwoord
spielerisch (sorglos; unbekümmert; ruhig; leicht; locker; luftig; unbesorgt; sorgenlos; unaufmerksam; unachtsam; ungerührt; gelassen; ausgelassen; nachlässig; gedankenlos)
zorgeloos; luchthartig; gerust; onbesuisd; onbezorgd; onbekommerd
- zorgeloos bijvoeglijk naamwoord
- luchthartig bijvoeglijk naamwoord
- gerust bijvoeglijk naamwoord
- onbesuisd bijvoeglijk naamwoord
- onbezorgd bijvoeglijk naamwoord
- onbekommerd bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor spielerisch:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gerust	ausgelassen; gedankenlos; gelassen; leicht; locker; luftig; nachlässig; ruhig; sorgenlos; sorglos; spielerisch; unachtsam; unaufmerksam; unbekümmert; unbesorgt; ungerührt	unbesorgt
luchthartig	ausgelassen; gedankenlos; gelassen; leicht; locker; luftig; nachlässig; ruhig; sorgenlos; sorglos; spielerisch; unachtsam; unaufmerksam; unbekümmert; unbesorgt; ungerührt
luchtig	spielerisch	frisch; frostig; kühl
onbekommerd	ausgelassen; gedankenlos; gelassen; leicht; locker; luftig; nachlässig; ruhig; sorgenlos; sorglos; spielerisch; unachtsam; unaufmerksam; unbekümmert; unbesorgt; ungerührt
onbesuisd	ausgelassen; gedankenlos; gelassen; leicht; locker; luftig; nachlässig; ruhig; sorgenlos; sorglos; spielerisch; unachtsam; unaufmerksam; unbekümmert; unbesorgt; ungerührt	gedankenlos; leichtfertig; leichtsinnig; unbedachtsam; unbesonnen; unüberlegt; waghalsig
onbezorgd	ausgelassen; gedankenlos; gelassen; leicht; locker; luftig; nachlässig; ruhig; sorgenlos; sorglos; spielerisch; unachtsam; unaufmerksam; unbekümmert; unbesorgt; ungerührt
speels	spielerisch	ausgelassen; fröhlich; heiter; lustig; munter; übermütig
zorgeloos	ausgelassen; gedankenlos; gelassen; leicht; locker; luftig; nachlässig; ruhig; sorgenlos; sorglos; spielerisch; unachtsam; unaufmerksam; unbekümmert; unbesorgt; ungerührt
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
losjes	spielerisch	beiläufig; flüchtig

Synoniemen voor "spielerisch":

mit Leichtigkeit; mit links

Wiktionary: spielerisch

spielerisch

adjective

bijzonder en leuk, apart op een leuke manier
- ludiek → spielerisch