Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. strippen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor strippen (Duits) in het Nederlands

strippen:

strippen werkwoord

  1. strippen (auskleiden; entledigen; entblößen; )
    strippen
    • strippen werkwoord (strip, stript, stripte, stripten, gestript)

Vertaal Matrix voor strippen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
strippen auskleiden; ausziehen; entblättern; entblößen; enthüllen; entkleiden; entledigen; freimachen; strippen

Synoniemen voor "strippen":


Wiktionary: strippen

strippen
verb
  1. het zich ontdoen van alle kleding die het lichaam bedekt