Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Vertaal unterliegen

Vertaal unterliegen van Duits naar Nederlands

Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. unterliegen:

Duits

Uitgebreide vertaling voor unterliegen (Duits) in het Nederlands

unterliegen:

unterliegen werkwoord (unterliege, unterliegst, unterliegt, unterlag, unterlagt, unterlegen)

  1. unterliegen (verloren gehen; verlieren; vermissen; abhanden kommen)
    verliezen; kwijtraken; wegraken; erbij inschieten; verloren gaan
    • verliezen werkwoord (verlies, verliest, verloor, verloren, verloren)
    • kwijtraken werkwoord (raak kwijt, raakt kwijt, raakte kwijt, raakten kwijt, kwijt geraakt)
    • wegraken werkwoord (raak weg, raakt weg, raakte weg, raakten weg, weggeraakt)
    • erbij inschieten werkwoord
    • verloren gaan werkwoord (ga verloren, gaat verloren, ging verloren, gingen verloren, verloren gegaan)
  2. unterliegen (erliegen)
    bezwijken; het onderspit delven; tenondergaan; afleggen
    • bezwijken werkwoord (bezwijk, bezwijkt, bezweek, bezweken, bezweken)
    • het onderspit delven werkwoord (delf het onderspit, delft het onderspit, delfde het onderspit, delfden het onderspit, het onderspit gedelfd)
    • tenondergaan werkwoord (ga tenonder, gaat tenonder, ging tenonder, gingen tenonder, tenondergegaan)
    • afleggen werkwoord (leg af, legt af, legde af, legden af, afgelegd)
  3. unterliegen (nachstehen)
    onderdoen
    • onderdoen werkwoord (doe onder, doet onder, deed onder, deden onder, ondergedaan)
  4. unterliegen
    onderliggen; beneden liggen
  5. unterliegen (zugeben; nachgeben; erliegen; weichen)
    zwichten
    • zwichten werkwoord (zwicht, zwichtte, zwichtten, gezwicht)
  6. unterliegen (den kürzeren ziehen)
    onderspit delven

Conjugations for unterliegen:

Präsens
  1. unterliege
  2. unterliegst
  3. unterliegt
  4. unterliegen
  5. unterliegt
  6. unterliegen
Imperfekt
  1. unterlag
  2. unterlagst
  3. unterlag
  4. unterlagen
  5. unterlagt
  6. unterlagen
Perfekt
  1. habe unterlegen
  2. hast unterlegen
  3. hat unterlegen
  4. haben unterlegen
  5. habt unterlegen
  6. haben unterlegen
1. Konjunktiv [1]
  1. unterliege
  2. unterliegest
  3. unterliege
  4. unterliegen
  5. unterlieget
  6. unterliegen
2. Konjunktiv
  1. unterläge
  2. unterlägest
  3. unterläge
  4. unterlägen
  5. unterläget
  6. unterlägen
Futur 1
  1. werde unterliegen
  2. wirst unterliegen
  3. wird unterliegen
  4. werden unterliegen
  5. werdet unterliegen
  6. werden unterliegen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde unterliegen
  2. würdest unterliegen
  3. würde unterliegen
  4. würden unterliegen
  5. würdet unterliegen
  6. würden unterliegen
Diverses
  1. unterlieg!
  2. unterliegt!
  3. unterliegen Sie!
  5. unterlegen
  6. unterliegend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor unterliegen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afleggen Aufgeben; Nachgeben
bezwijken Aufgeben; Nachgeben
verliezen Verlieren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afleggen erliegen; unterliegen ablegen; zurücklegen
beneden liggen unterliegen
bezwijken erliegen; unterliegen entschlafen; erliegen; im Sterben liegen; sterben; umkommen; untergehen; vergehen; zerfallen; zugrunde gehen; zurückgehen; zurücklaufen; zusammenbrechen
erbij inschieten abhanden kommen; unterliegen; verlieren; verloren gehen; vermissen
het onderspit delven erliegen; unterliegen Streit verlieren; den kürzeren ziehen
kwijtraken abhanden kommen; unterliegen; verlieren; verloren gehen; vermissen
onderdoen nachstehen; unterliegen
onderliggen unterliegen
onderspit delven den kürzeren ziehen; unterliegen
tenondergaan erliegen; unterliegen Streit verlieren; den kürzeren ziehen; vergehen; zerfallen; zurückgehen; zurücklaufen
verliezen abhanden kommen; unterliegen; verlieren; verloren gehen; vermissen abhandenkommen; verlieren; verloren gehen
verloren gaan abhanden kommen; unterliegen; verlieren; verloren gehen; vermissen abhanden kommen; verloren gehen
wegraken abhanden kommen; unterliegen; verlieren; verloren gehen; vermissen ohnmächtig werden
zwichten erliegen; nachgeben; unterliegen; weichen; zugeben

Synoniemen voor "unterliegen":

  • abkacken; benachteiligt werden; das Nachsehen haben; den Kürzeren ziehen; in die Röhre gucken; in die Röhre schauen; leer ausgehen; nichts abbekommen; verlieren







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0626 seconde
Page rendered in 1.0 seconds