Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. unzuständig:


Duits

Uitgebreide vertaling voor unzuständig (Duits) in het Nederlands

unzuständig:

unzuständig bijvoeglijk naamwoord

  1. unzuständig (unfähig; inkompetent; unfachmännisch)
    incapabel; onbekwaam; incompetent; ongeschikt

Vertaal Matrix voor unzuständig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
incapabel inkompetent; unfachmännisch; unfähig; unzuständig unberechtigt; unkundig; untauglich
incompetent inkompetent; unfachmännisch; unfähig; unzuständig inkompetent; nicht zuständig; unbefugt; unfähig; ungeeignet; untauglich
onbekwaam inkompetent; unfachmännisch; unfähig; unzuständig
ongeschikt inkompetent; unfachmännisch; unfähig; unzuständig

Synoniemen voor "unzuständig":

  • nicht autorisiert; nicht befugt; nicht berechtigt; nicht bevollmächtig; nicht kompetent; nicht verantwortlich; nicht zuständig; ohne Befugnis; ohne Erlaubnis; unbefugt; unerlaubt