Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. zottig:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor zottig (Duits) in het Nederlands

zottig:

zottig bijvoeglijk naamwoord

  1. zottig (rauhhaarig; struppig)
    ruwharig; ruigharig
  2. zottig (aggressiv; gewalttätig; gewaltsam; )
    gewelddadig; agressief

Vertaal Matrix voor zottig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agressief aggressiv; brutal; gewaltsam; gewalttätig; roh; rüde; scharf; schroff; schwer; stark; stoppelig; struppig; störrisch; stürmisch; ungestüm; unsanft; unzart; wild; zottig; zutäppisch aggressiv; angreifend; gewaltsam; offensiv
gewelddadig aggressiv; brutal; gewaltsam; gewalttätig; roh; rüde; scharf; schroff; schwer; stark; stoppelig; struppig; störrisch; stürmisch; ungestüm; unsanft; unzart; wild; zottig; zutäppisch
ruigharig rauhhaarig; struppig; zottig
ruwharig rauhhaarig; struppig; zottig

Synoniemen voor "zottig":


Wiktionary: zottig


Cross Translation:
FromToVia
zottig harig; ruig; ruigharig poilu — velu
zottig harig; ruig; ruigharig velu — anatomie|fr Qui est couvert de poils. — note Il ne se dit ni par rapport aux cheveux, ni par rapport à la barbe.