Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Parkett:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. parkett:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Parkett (Duits) in het Zweeds

Parkett:

Parkett [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Parkett
    parkett
    • parkett [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Parkett:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
parkett Parkett

Synoniemen voor "Parkett":


Wiktionary: Parkett

Parkett
noun
  1. Tanzfläche
  2. vorderer, ebener Bereich des Zuschauerraumes im Theater
  3. Raum, Treffpunkt für den Börsenhandel
  4. Fußbodenbelag, nach bestimmten Verlegemustern zusammengefügt aus kleinen Holzteilen



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Parkett (Zweeds) in het Duits

parkett:

parkett [-en] zelfstandig naamwoord

  1. parkett
    Parkett
    • Parkett [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor parkett:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Parkett parkett

Wiktionary: parkett

parkett
noun
  1. vorderer, ebener Bereich des Zuschauerraumes im Theater
  2. Raum, Treffpunkt für den Börsenhandel
  3. Fußbodenbelag, nach bestimmten Verlegemustern zusammengefügt aus kleinen Holzteilen