Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Ausguss

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Ausguss

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Ausguss:
- Wiktionary:
  Ausguss → pip, avlopp
- Synoniemen voor "Ausguss":
  Ausgießer; Schnaupe; Schnauze einer Kanne; Tülle
  Ablauf; Ausfluss; Ausflussöffnung

Duits

Uitgebreide vertaling voor Ausguss (Duits) in het Zweeds

Ausguss: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

aus: färdigt; avslutat; fullständig; fullständigt; avslutad; utanför; ute
Guß: gips; glasyr; gjutning; rollbesättning; plask; gjutform; stöpform

Spelling Suggesties voor: Ausguss

Searching for suggestions...

Ausguss:

Synoniemen voor "Ausguss":

Ausgießer; Schnaupe; Schnauze einer Kanne; Tülle
Ablauf; Ausfluss; Ausflussöffnung

Wiktionary: Ausguss

Ausguss

noun

die Öffnung an einer Kanne oder Kanister, an der der Inhalt ausgegossen wird
- Ausguss → pip
gewollte, tief liegende (verschließbare) Öffnung in einem Becken, an der der komplette Inhalt des Behälters (zielgerichtet) nach außen entweichen kann
- Ausguss → avlopp

Computer vertaling door derden:

Zweeds

Suggesties voor Ausguss in het Zweeds

Spelling Suggesties voor: Ausguss

Searching for suggestions...

Computer vertaling door derden: