Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Weißer

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Weißer

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Weißer:
- Wiktionary:
  Weißer → vit
- Synoniemen voor "Weißer":
  Anstreicher; Maler; Tüncher; Weißbinder; Weißeler; Handarbeiter; Handwerker

Duits

Uitgebreide vertaling voor Weißer (Duits) in het Zweeds

Weißer: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

weiß: svag; blek; svagt; blekt; vit; vitt; urtvättad; färglöst; urtvättat
er: han

Weißer:

Synoniemen voor "Weißer":

Anstreicher; Maler; Tüncher; Weißbinder; Weißeler; Handarbeiter; Handwerker

Wiktionary: Weißer

Cross Translation:

From	To	Via
• Weißer	→ vit	↔ white — Caucasian person