Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: ausspannen

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: ausspannen

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

ausspannen:
- Wiktionary:
  ausspannen → förstora
- Synoniemen voor "ausspannen":
  abspenstig machen; abwerben; streitig machen; verleiden; sonstige Verben
  ausrasten; abspannen; ausruhen; entspannen; erholen; Pause machen; pausieren; relaxen; verschnaufen

Duits

Uitgebreide vertaling voor ausspannen (Duits) in het Zweeds

ausspannen: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

aus: färdigt; avslutat; fullständig; fullständigt; avslutad; utanför; ute
spannen: sträcka; spänna; täta; krama; klämma; pressa; nypa; klampa sig fast; hålla fast sig

Spelling Suggesties voor: ausspannen

aussparen; umspannen; anspannen; ausspucken; ausspielen; ausspülen; ausspähen; anschpannen; aussperren; ausdünnen

ausspannen:

Synoniemen voor "ausspannen":

abspenstig machen; abwerben; streitig machen; verleiden; sonstige Verben
ausrasten; abspannen; ausruhen; entspannen; erholen; Pause machen; pausieren; relaxen; verschnaufen

Wiktionary: ausspannen

Cross Translation:

From	To	Via
• ausspannen	→ förstora	↔ étendre — Traductions à trier suivant le sens

Computer vertaling door derden: