Overzicht
Duits naar Zweeds: Meer gegevens...
-
Sprachfamilie:
-
Wiktionary:
Sprachfamilie → språkfamilj
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Sprachfamilie (Duits) in het Zweeds
Sprachfamilie: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- sprechen: prata; tala; hålla ett tal; säga; berätta; snacka; tala om; konversera; pladdra; sladdra; rapportera
- Familie: familj; hushåll; kärnfamilj; dynasti; serie; stam; folkstam
Spelling Suggesties voor: Sprachfamilie
- Searching for suggestions...
Wiktionary: Sprachfamilie
Sprachfamilie
noun
-
Linguistik: Gruppe von Sprachen, die historisch gesehen miteinander verwandt sind, da sie sich aus derselben Ursprache heraus entwickelt haben
- Sprachfamilie → språkfamilj
Computer vertaling door derden:
Zweeds
Suggesties voor Sprachfamilie in het Zweeds
Spelling Suggesties voor: Sprachfamilie
- Searching for suggestions...
Computer vertaling door derden: