Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Magen:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. magen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Magen (Duits) in het Zweeds

Magen:

Magen [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Magen
    mage
    • mage [-en] zelfstandig naamwoord
  2. der Magen (Unterbauch; Bauch; Wanst)
    magen; buken
    • magen zelfstandig naamwoord
    • buken zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Magen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
buken Bauch; Magen; Unterbauch; Wanst
mage Magen Bauch; Hinterleib; Pansen
magen Bauch; Magen; Unterbauch; Wanst

Synoniemen voor "Magen":


Wiktionary: Magen

Magen
noun
  1. Anatomie: Verdauungsorgan beim Menschen und bei Tieren

Cross Translation:
FromToVia
Magen mage belly — abdomen
Magen mage stomach — digestive organ
Magen mage maag — Orgaan

Verwante vertalingen van Magen



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Magen (Zweeds) in het Duits

magen:

magen zelfstandig naamwoord

  1. magen (buken)
    der Unterbauch; der Magen; der Bauch; der Wanst
    • Unterbauch [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Magen [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Bauch [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Wanst [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor magen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bauch buken; magen buk; mage; våm
Magen buken; magen mage
Unterbauch buken; magen
Wanst buken; magen våm

Verwante vertalingen van Magen