Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Kostüm:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Kostüm (Duits) in het Zweeds

Kostüm:

Kostüm [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Kostüm (Smoking; Anzug)
    kostym
    • kostym [-en] zelfstandig naamwoord
  2. Kostüm (Päckchen; Paket; Bund; )
    herrkostym
  3. Kostüm (Uniform; Anzug; Kleid; Smoking)
    uniform
    • uniform [-en] zelfstandig naamwoord
  4. Kostüm (Stück; Päckchen; Bund; )
    skiva; bit
    • skiva [-en] zelfstandig naamwoord
    • bit [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Kostüm:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bit Bund; Bündel; Kostüm; Kästchen; Paket; Postpaket; Päckchen; Stück Anbeißen; Anteil; Artikel; Aufsatz; Binärzahl; Bit; Biß; Brocken; Bruch; Bruchteil; Fraktur; Glied; Grus; Holzschuh; Kandisstückchen; Klecks; Klumpen; Klümpchen; Knacks; Menge; Publikation; Scheibe; Schnitte; Scholle; Segment; Stück; Stückchen; Teil; Teilchen; Tölpel; Würfel; Würfelzucker; Zahnbruch; Zettel; Zuckerwürfel; großes und dickes Stück
herrkostym Bund; Bündel; Kostüm; Kästchen; Paket; Postpaket; Päckchen; kleinePaket
kostym Anzug; Kostüm; Smoking Aufmachung; Bekleidung; Kleider; Kleidung; Sakkoanzug
skiva Bund; Bündel; Kostüm; Kästchen; Paket; Postpaket; Päckchen; Stück Album; Fest; Festabend; Festlichkeit; LP; Langspielplatte; Rekord; Schallplatte; Scheibe; Schnitte; Zettel
uniform Anzug; Kleid; Kostüm; Smoking; Uniform
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skiva durchschneiden; teilen

Synoniemen voor "Kostüm":

  • Maskenkostüm

Wiktionary: Kostüm

Kostüm
noun
  1. Verkleidung zum Beispiel für Schauspieler oder beim Karneval
  2. Kleidung, die in einer vergangenen Epoche getragen wurde
  3. Damenkleidung, die aus Rock und Jacke besteht

Cross Translation:
FromToVia
Kostüm dräkt costume — set of clothes appropriate for a particular occasion

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Kostüm