Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. verspotten:
  2. Verspotten:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor verspotten (Duits) in het Zweeds

verspotten:

verspotten werkwoord

  1. verspotten (auslachen)
    skratta åt; ironisera
    • skratta åt werkwoord (skrattar åt, skrattade åt, skrattat åt)
    • ironisera werkwoord (ironiserar, ironiserade, ironiserat)
  2. verspotten (lächerlich machen; spotten; verhöhnen; auslachen)
    driva; skämta; förlöjliga; göra till åtlöje
    • driva werkwoord (driver, drev, drivit)
    • skämta werkwoord (skämtar, skämtade, skämtat)
    • förlöjliga werkwoord (förlöjligar, förlöjligade, förlöjligat)
    • göra till åtlöje werkwoord (gör till åtlöje, gjorde till åtlöje, gjort till åtlöje)
  3. verspotten (verächtlich oder hönisch reden von; verhöhnen; spotten)
    håna; smäda; skymfa
    • håna werkwoord (hånar, hånade, hånat)
    • smäda werkwoord (smädar, smädade, smädat)
    • skymfa werkwoord (skymfar, skymfade, skymfat)
  4. verspotten (spotten über; verhöhnen; höhnen)
    driva med; göra narr av
    • driva med werkwoord (driver med, drev med, drivit med)
    • göra narr av werkwoord (gör narr av, gjorde narr av, gjort narr av)

Vertaal Matrix voor verspotten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
håna Anschnauzer; Geschimpfe
skratta åt Angrinsen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
driva auslachen; lächerlich machen; spotten; verhöhnen; verspotten abdichten; andringen; antreiben; beeilen; dichten; dringen; durchsetzen; eilen; fahren; genötigt sein zu; hasten; hetzen; isolieren; jagen; lenken; schließen; steuern; stopfen; wetzen
driva med höhnen; spotten über; verhöhnen; verspotten aufziehen; bescheißen; beschimpfen; foppen; hinters Licht führen; irreführen; neppen; verarschen
förlöjliga auslachen; lächerlich machen; spotten; verhöhnen; verspotten
göra narr av höhnen; spotten über; verhöhnen; verspotten beschimpfen
göra till åtlöje auslachen; lächerlich machen; spotten; verhöhnen; verspotten
håna spotten; verhöhnen; verspotten; verächtlich oder hönisch reden von ausschimpfen; beschimpen; beschimpfen; geringschätzen; spotten; verachten; verhöhnen; verschmähen
ironisera auslachen; verspotten
skratta åt auslachen; verspotten
skymfa spotten; verhöhnen; verspotten; verächtlich oder hönisch reden von ausschimpfen; beschimpfen; schockieren; vor den Kopf stoßen
skämta auslachen; lächerlich machen; spotten; verhöhnen; verspotten bedrängen; beklemmen; scherzen; schäkern; spassen; spaßen
smäda spotten; verhöhnen; verspotten; verächtlich oder hönisch reden von beschimpen; schwärzen; verleumden

Synoniemen voor "verspotten":


Wiktionary: verspotten

verspotten
verb
  1. sich boshaft über jemanden oder etwas lustig machen; über jemanden oder etwas spotten

Cross Translation:
FromToVia
verspotten förakta scorn — to scoff or express contempt
verspotten häckla; pika; smäda taunt — to make fun of (someone); to goad into responding
verspotten håna bafouertraiter quelqu’un ou quelque chose avec une moquerie outrageante ou dédaigneux.
verspotten leta; söka raillerplaisanter quelqu’un ou quelque chose, lui parler ou en parler avec moquerie.

Verspotten:

Verspotten [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Verspotten (Verhöhnen)
    skoja
    • skoja [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Verspotten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skoja Verhöhnen; Verspotten
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
skoja flirten; liebäugeln mit; schäkern; spaßen; zum besten haben