Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Aufwand:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Aufwand (Duits) in het Zweeds

Aufwand:

Aufwand [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Aufwand (Bemühung; Mühe; Anstrengungen; Bemühen; Mühewaltung)
    ansträngning; spänning

Vertaal Matrix voor Aufwand:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ansträngning Anstrengungen; Aufwand; Bemühen; Bemühung; Mühe; Mühewaltung Anstrengung; Verrenkung; Verstauchung; Versuch; Zerrung; enorme Anstrengung; schwere Einspannung
spänning Anstrengungen; Aufwand; Bemühen; Bemühung; Mühe; Mühewaltung Anspannung; Spannung

Synoniemen voor "Aufwand":


Wiktionary: Aufwand

Aufwand
noun
  1. Mittel, die angewendet worden sind
  2. die benötigen Energie oder Arbeit, um eine Handlung durchführen oder etwas herstellen

Cross Translation:
FromToVia
Aufwand insats; ansträngning effort — the amount of work involved in achieving something
Aufwand insats; ansträngning inspanning — de fysieke moeite die men voor iets doet
Aufwand utgång sortieaction de sortir.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Aufwand