Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Radweg:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Radweg (Duits) in het Zweeds

Radweg:

Radweg [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Radweg
    cykelväg; cykelbana; cykelstig
  2. der Radweg
    cykelbana

Vertaal Matrix voor Radweg:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cykelbana Radweg Piste; Radrennbahn
cykelstig Radweg
cykelväg Radweg

Synoniemen voor "Radweg":

  • Fahrradweg; Radfahrweg; Veloweg

Wiktionary: Radweg

Radweg
noun
  1. umgangssprachlich: der kennzeichnen Abschnitt einer Straße, wo Radfahrer fahren können

Cross Translation:
FromToVia
Radweg cykelväg fietspad — een weggedeelte of vrijliggend pad dat is gereserveerd voor het gebruik door fietsers en snorfietsers.
Radweg cykelväg piste cyclable — cyclisme|fr (urban) voie de circulation réservée aux cyclistes, séparée physiquement de la chaussée.