Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Berliner

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Berliner

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Berliner:
- Wiktionary:
  Berliner → berlinermunk, berlinare
  Berliner → munk
- Synoniemen voor "Berliner":
  Berliner Ballen; Berliner Pfannkuchen; Hefegebäck; Krapfen; Pfannkuchen; Backwerk; Gebäck
  Bewohner

Duits

Uitgebreide vertaling voor Berliner (Duits) in het Zweeds

Spelling Suggesties voor: Berliner

Searching for suggestions...

Berliner:

Synoniemen voor "Berliner":

Berliner Ballen; Berliner Pfannkuchen; Hefegebäck; Krapfen; Pfannkuchen; Backwerk; Gebäck
Bewohner

Wiktionary: Berliner

Berliner

noun

nordwestdeutsch, westmitteldeutsch und süddeutsch: für ein in Fett ausgebackenes, mit Zuckerguss, Zucker oder Puderzucker bestreutes und mit Marmelade oder Konfitüre gefülltes, rundes Hefegebäck
- Berliner → berlinermunk
ein Einwohner, Bewohner der Stadt Berlin, eine in Berlin geborene Person
- Berliner → berlinare

Cross Translation:

From	To	Via
• Berliner	→ munk	↔ doughnut — deep-fried piece of dough or batter

Computer vertaling door derden:

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Berliner (Zweeds) in het Duits

Berliner: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

be: bitten; beten; flehen; betteln; beantragen; anfragen; ersuchen; ansuchen; abdecken; schinden; enthäuten; abhäuten
lineär-: gerade; geradlinig; linear; fadengerade
bedja: bitten; beten; flehen; betteln; hoffen; wünschen; erwarten; herbeisehnen

Spelling Suggesties voor: Berliner

Searching for suggestions...

Computer vertaling door derden: