Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Abbezahlen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor abbezahlen (Duits) in het Zweeds

abbezahlen:


Synoniemen voor "abbezahlen":


Wiktionary: abbezahlen

abbezahlen
verb
  1. -

Abbezahlen:

Abbezahlen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Abbezahlen
    avbetalning

Vertaal Matrix voor Abbezahlen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
avbetalning Abbezahlen Abbezahlung; Ablösung; Abtragen; Abzahlen; Begleichung; Beibezahlen; Schuld begleichen; Tilgung; Zahlen; Zahlung; Zubezahlen