Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. flach:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor flach (Duits) in het Zweeds

flach:

flach bijvoeglijk naamwoord

  1. flach (eben; platt; egal; gleich)
    lugn; slätt; slät; mild; lugnt; jämnt; lent; milt
    • lugn bijvoeglijk naamwoord
    • slätt bijvoeglijk naamwoord
    • slät bijvoeglijk naamwoord
    • mild bijvoeglijk naamwoord
    • lugnt bijvoeglijk naamwoord
    • jämnt bijvoeglijk naamwoord
    • lent bijvoeglijk naamwoord
    • milt bijvoeglijk naamwoord
  2. flach (nicht tief; untief; oberflächlich; seicht)
    grund; grunt
    • grund bijvoeglijk naamwoord
    • grunt bijvoeglijk naamwoord
  3. flach (untief; seicht; nicht tief)
    ytlig; odjupt
    • ytlig bijvoeglijk naamwoord
    • odjupt bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor flach:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grund Anlaß; Begründung; Beweggrund; Boden; Fundament; Fundierung; Grund; Grundierung; Motiv; Motivation; Ursache
lugn Flaute; Friedfertigkeit; Kalme
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grund flach; nicht tief; oberflächlich; seicht; untief
grunt flach; nicht tief; oberflächlich; seicht; untief
jämnt eben; egal; flach; gleich; platt ausgeglichen; gelassen; harmonisch; im Gleichgewicht sein; quitt sein; reibungslos
lent eben; egal; flach; gleich; platt geschmeidig; sämig
lugn eben; egal; flach; gleich; platt ausgeglichen; gelassen; harmonisch
lugnt eben; egal; flach; gleich; platt ausgeglichen; entgegenkommend; freundlich; freundschaftlich; friedlich; gelassen; gleichmütig; harmonisch; herzlich; jovial; kalm; kollegial; leise; liebenswürdig; ruhig; sanft; still; sympathisch; unbesorgt; unbewegt; wohlwollend; zugänglich
mild eben; egal; flach; gleich; platt duldsam; edel; gnädig; gutherzig; jovial; mild; milde; nicht nachtragend; samtartig; sanft; sanftmütig; tolerant; weich
milt eben; egal; flach; gleich; platt duldsam; edel; entgegenkommend; freundlich; freundschaftlich; gnädig; gutherzig; herzlich; jovial; kollegial; liebenswürdig; mild; milde; nicht nachtragend; samtartig; sanft; sanftmütig; sympathisch; tolerant; weich; wohlwollend; zugänglich
odjupt flach; nicht tief; seicht; untief
slät eben; egal; flach; gleich; platt geleckt; geputzt; geschliffen; poliert
slätt eben; egal; flach; gleich; platt Ebene; gerade; glatthaarig; ohne Falten; reibungslos; schlicht
ytlig flach; nicht tief; seicht; untief frivol; leichtsinnig; oberflächlich

Synoniemen voor "flach":


Wiktionary: flach

flach
adjective
  1. von Gewässern oder Schüsseln: von geringer Tiefe
  2. übertragen, abwertend: von geringem intellektuellen Wert/Inhalt
  3. ohne größere Erhebungen und Vertiefungen

Cross Translation:
FromToVia
flach plan; flat flat — having no variations in altitude
flach jämnt; platt flat — so as to be flat
flach ytlig shallow — having little depth and significantly less deep than wide
flach flack; jämn platsans relief.
flach grund superficiel — Qui n’intéresser que la superficie, qui est uniquement en surface.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van flach