Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Annex

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Annex

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Annex:
- Wiktionary:
  Annex → annektera, införliva
- Synoniemen voor "Annex":
  Addendum; Anhang; Appendix; Attachment; Beilage; Ergänzung; Nachtrag; Zusatz

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

annex:
- Zweigstelle; Dependance; Filiale; Nebengebäude
Wiktionary:
- annex → Dependance, Annexbau

Duits

Uitgebreide vertaling voor Annex (Duits) in het Zweeds

Annex:

Synoniemen voor "Annex":

Addendum; Anhang; Appendix; Attachment; Beilage; Ergänzung; Nachtrag; Zusatz

Wiktionary: Annex

Cross Translation:

From	To	Via
• Annex	→ annektera; införliva	↔ annex — To add something to another, to incorporate into

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Annex (Zweeds) in het Duits

annex:

annex [-ett] zelfstandig naamwoord

annex
die Zweigstelle; die Dependance; die Filiale
- Zweigstelle [die ~] zelfstandig naamwoord
- Dependance [die ~] zelfstandig naamwoord
- Filiale [die ~] zelfstandig naamwoord
annex
Nebengebäude; die Dependance; die Zweigstelle
- Nebengebäude [das ~] zelfstandig naamwoord
- Dependance [die ~] zelfstandig naamwoord
- Zweigstelle [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor annex:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Dependance	annex
Filiale	annex	affärskedja; agentur; avdelningskontor; filial; varuhuskedja
Nebengebäude	annex
Zweigstelle	annex	avdelning; departement; filial; förvaltningsområde; institution; ministerium; sektion

Synoniemen voor "annex":

tillbyggnad; sidobyggnad

Wiktionary: annex

annex

noun

veraltend: Nebengebäude (zum Beispiel eines Hotelkomplexes oder eines Krankenhauses)
- Dependance → annex
Anbau
- Annexbau → annexbyggnad; annex