Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Anschlag:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Anschlag (Duits) in het Zweeds

Anschlag:

Anschlag [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Anschlag (Plakat; Poster)
    affisch; poster; anslag; plakat
    • affisch [-en] zelfstandig naamwoord
    • poster zelfstandig naamwoord
    • anslag [-ett] zelfstandig naamwoord
    • plakat [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. der Anschlag (Reklamposter; Poster)
    reklamaffisch

Vertaal Matrix voor Anschlag:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
affisch Anschlag; Plakat; Poster Anzeigebrett; Anzeigetafel; Poster; Reklameplakat; Reklameschild; Werbeplakat; Werbeschild
anslag Anschlag; Plakat; Poster Anfuhr; Anschlagzettel; Aushang; Zufuhr; Zuteilung
plakat Anschlag; Plakat; Poster Anschlagzettel
poster Anschlag; Plakat; Poster Wandzeitung
reklamaffisch Anschlag; Poster; Reklamposter
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
plakat benebelt; besoffen; betrunken; blau; schwerbetrunken; sinnlos betrunken; stockbesoffen; stockbetrunken; voll; völlig betrunken

Synoniemen voor "Anschlag":


Wiktionary: Anschlag

Anschlag
noun
  1. Art und Weise, wie eine Schusswaffe beim Zielen halten wird
  2. Angriff auf jemanden oder etwas
  3. Bekanntmachung, Notiz, die irgendwo anschlagen ist
  4. Durchführung einer Aktion, bei der etwas bewegen wird

Cross Translation:
FromToVia
Anschlag hot; attack; angrepp assault — a violent onset or attack
Anschlag anslag; plakat; affisch poster — advertisement
Anschlag affisch; anslag affichefeuille souple ou rigide affichant un message, ou une image, imprimer ou écrire que l’on appliquer contre les murs pour donner connaissance au public de quelque chose.
Anschlag hugg coupimpression que fait un corps sur un autre en le frappant.
Anschlag affisch; anslag placard — Feuille imprimée

Verwante vertalingen van Anschlag