Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Frost:
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. frost:
  2. fårost:
  3. Wiktionary:


Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Frost (Zweeds) in het Duits

frost:

frost [-en] zelfstandig naamwoord

  1. frost (rimfrost)
    die Rauhreif; der Reif
    • Rauhreif [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Reif [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. frost (frostväder)
    Frostwetter

Vertaal Matrix voor frost:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Frostwetter frost; frostväder
Rauhreif frost; rimfrost
Reif frost; rimfrost rev

Wiktionary: frost

frost
noun
  1. äußere, sowohl strenge als auch milde Kälte, die bei Temperaturen im Bereich unter null Grad Celsius, also unterhalb des Gefrierpunktes von Wasser, eintritt

Cross Translation:
FromToVia
frost Reif frost — cover of minute ice crystals
frost Frost frost — cold weather that would cause frost
frost Reif rijp — aangevroren mist
frost Frost gel — Traductions à trier suivant le sens
frost Ausfrieren; Frost; Wackelpeter gelée — météo|fr Froid qui glace l’eau et qui rend les corps plus rigides.

fårost:

fårost [-en] zelfstandig naamwoord

  1. fårost
    der Schafkäse
  2. fårost

Vertaal Matrix voor fårost:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schafkäse fårost
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schafskäse fårost

Verwante vertalingen van Frost