Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Geldstück:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Geldstück (Duits) in het Zweeds

Geldstück:

Geldstück [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Geldstück (Münze; Geld; Gulden; Marke)
    slant; mynt
    • slant [-en] zelfstandig naamwoord
    • mynt [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. Geldstück (Münze; Pfennig; Geldsorte)
    mynt
    • mynt [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Geldstück:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mynt Geld; Geldsorte; Geldstück; Gulden; Marke; Münze; Pfennig Cente; Geld; Gelder; Geldsorte; Geldspecie; Knete; Kohle; Mûnze; Münze; Münzsorte; kleines Geld
slant Geld; Geldstück; Gulden; Marke; Münze Deut; Heller

Synoniemen voor "Geldstück":


Wiktionary: Geldstück

Geldstück
noun
  1. Stück Metall, das einen bestimmten Wert hat und mit dem man daher etwas bezahlen kann

Cross Translation:
FromToVia
Geldstück mynt coin — (currency) A piece of currency
Geldstück myntet geldstukmuntstuk

Computer vertaling door derden: