Overzicht
Duits naar Zweeds: Meer gegevens...
- Geschäftspartner:
-
Wiktionary:
- Geschäftspartner → affärspartner
Duits
Uitgebreide vertaling voor Geschäftspartner (Duits) in het Zweeds
Geschäftspartner:
-
der Geschäftspartner (Kompagnon; Mitinhaber)
arbetskontakt; arbetsrelation-
arbetskontakt zelfstandig naamwoord
-
arbetsrelation zelfstandig naamwoord
-
-
der Geschäftspartner
affärs partner-
affärs partner zelfstandig naamwoord
-
Vertaal Matrix voor Geschäftspartner:
| Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| affärs partner | Geschäftspartner | |
| arbetskontakt | Geschäftspartner; Kompagnon; Mitinhaber | |
| arbetsrelation | Geschäftspartner; Kompagnon; Mitinhaber | Geschäftsbeziehung; Geschäftsverbindung |
Wiktionary: Geschäftspartner
Geschäftspartner
noun
-
Teilhaber eines privaten Geschäfts, eines Unternehmens
- Geschäftspartner → affärspartner