Hilflosigkeit: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Duits

Uitgebreide vertaling voor Hilflosigkeit (Duits) in het Zweeds

die Hilflosigkeit (Kraftlosigkeit; Schlaffheit; Schwäche; Ohnmacht)
kraftlöshet
- kraftlöshet [-en] zelfstandig naamwoord
die Hilflosigkeit
hjälplöshet
- hjälplöshet [-en] zelfstandig naamwoord
die Hilflosigkeit (Ohnmacht; Schwäche; Kraftlosigkeit; Schlaffheit)
styrklös
- styrklös zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
hjälplöshet	Hilflosigkeit	Bedürftigkeit; Hilfsbedürftigkeit; Ärmlichkeit
kraftlöshet	Hilflosigkeit; Kraftlosigkeit; Ohnmacht; Schlaffheit; Schwäche	Ohnmacht
styrklös	Hilflosigkeit; Kraftlosigkeit; Ohnmacht; Schlaffheit; Schwäche