Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. kampf:
  2. Kampf:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Kampf (Duits) in het Zweeds

kampf:

kampf [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der kampf (Hardlaufkampf; marathon)
    lopp; löpning; sprinterlopp

Vertaal Matrix voor kampf:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lopp Hardlaufkampf; kampf; marathon Böschung; Rennen; Wettlauf; Wettrennen
löpning Hardlaufkampf; kampf; marathon
sprinterlopp Hardlaufkampf; kampf; marathon
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lopp ein Rennen fahren; rennen

Kampf:

Kampf [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Kampf (Ringen; Streit; Kämpfe; )
    strid; brottning; kamp
    • strid [-en] zelfstandig naamwoord
    • brottning [-en] zelfstandig naamwoord
    • kamp [-en] zelfstandig naamwoord
  2. der Kampf (Krieg; Schlacht)
    krig
    • krig [-ett] zelfstandig naamwoord
  3. der Kampf (Schlacht; Krieg)
    krig; strid
    • krig [-ett] zelfstandig naamwoord
    • strid [-en] zelfstandig naamwoord
  4. der Kampf (Match; Spiel; Wettkampf)
    match
    • match [-en] zelfstandig naamwoord
  5. der Kampf (Streit; Konflikt; Krach; )
    motsättning; meningskiljaktlighet; misshällighet

Vertaal Matrix voor Kampf:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brottning Auseinandersetzung; Balgerei; Fehde; Gefecht; Kampf; Konflikt; Krach; Kämpfe; Meinungsverschiedenheit; Ringen; Ringkampf; Schlacht; Schlägerei; Streit; Streitigkeit; Twist; Wettkampf; Zank
kamp Auseinandersetzung; Balgerei; Fehde; Gefecht; Kampf; Konflikt; Krach; Kämpfe; Meinungsverschiedenheit; Ringen; Ringkampf; Schlacht; Schlägerei; Streit; Streitigkeit; Twist; Wettkampf; Zank Partie; Ringen; Schlacht; Spiel; Spielchen; Spielraum; Streit; Wettbewerb; Wettkampf; Wettstreit
krig Kampf; Krieg; Schlacht Krieg
match Kampf; Match; Spiel; Wettkampf Partie; Schlacht; Spiel; Spielchen; Spielraum; Streit; Wettbewerb; Wettkampf; Wettstreit
meningskiljaktlighet Anprall; Auseinandersetzung; Balgerei; Diskussion; Fehde; Gefecht; Kampf; Kollision; Konflikt; Krach; Kämpfe; Meinungsverschiedenheit; Schlägerei; Spektakel; Stoß; Streit; Streitgespräch; Streitigkeit; Twist; Uneinigkeit; Wortwechsel; Zank; Zusammenstoß; Zwietracht
misshällighet Anprall; Auseinandersetzung; Balgerei; Diskussion; Fehde; Gefecht; Kampf; Kollision; Konflikt; Krach; Kämpfe; Meinungsverschiedenheit; Schlägerei; Spektakel; Stoß; Streit; Streitgespräch; Streitigkeit; Twist; Uneinigkeit; Wortwechsel; Zank; Zusammenstoß; Zwietracht
motsättning Anprall; Auseinandersetzung; Balgerei; Diskussion; Fehde; Gefecht; Kampf; Kollision; Konflikt; Krach; Kämpfe; Meinungsverschiedenheit; Schlägerei; Spektakel; Stoß; Streit; Streitgespräch; Streitigkeit; Twist; Uneinigkeit; Wortwechsel; Zank; Zusammenstoß; Zwietracht Beanstandung; Bedenken; Beschwerde; Einspruch; Einwand; Folgewidrigkeit; Inkonsequenz; Klage; Protest; Widersprüchlichkeit
strid Auseinandersetzung; Balgerei; Fehde; Gefecht; Kampf; Konflikt; Krach; Krieg; Kämpfe; Meinungsverschiedenheit; Ringen; Ringkampf; Schlacht; Schlägerei; Streit; Streitigkeit; Twist; Wettkampf; Zank Abstreiten; Anfechten; Angreifen; Balgerei; Handgemenge; Keilerei; Ringen; Schlägerei

Synoniemen voor "Kampf":


Wiktionary: Kampf

Kampf
noun
  1. der engagierte Einsatz für ein bestimmtes Ziel
  2. Wettstreit mit anderen Menschen oder im übertragenem Sinne mit der Natur oder mit sich selbst
  3. sportlicher Wettstreit
  4. militärische Auseinandersetzung feindlicher Truppen
  5. handgreifliche Auseinandersetzung zwischen zwei oder mehreren Personen oder Parteien

Cross Translation:
FromToVia
Kampf batalj; kamp; slag; slagsmål; strid combat — a battle; a fight; a struggle for victory
Kampf strid; kamp fight — battle
Kampf kamp struggle — strife, effort
Kampf hugg; batalj; kamp; slag; slagsmål; strid bataille — guerre|fr combat général entre deux armées.
Kampf batalj; kamp; slag; slagsmål; strid combataction par laquelle on attaquer et l’on se défendre.

Verwante vertalingen van Kampf