Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Kartoffel

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Kartoffel

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Kartoffel:
- potatis
Wiktionary:
- Kartoffel → rova, potatisnäsa, potatis, jordpäron
- Kartoffel → potatis, potät, jordäpple, pära, pantoffel, plugg

Duits

Uitgebreide vertaling voor Kartoffel (Duits) in het Zweeds

Kartoffel:

Kartoffel [der ~] zelfstandig naamwoord

der Kartoffel (Kleikartoffel)
potatis
- potatis [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Kartoffel:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
potatis	Kartoffel; Kleikartoffel

Synoniemen voor "Kartoffel":

Apona; Arber; Bramburi; Eachtling; Erdapfel; Erdbirn; Grumbier; Grundbirne; Knulle; Krumber; Potacken; Ärpel; Gewächs; Pflanze

Wiktionary: Kartoffel

Kartoffel

noun

ironisch, scherzhaft: Taschenuhr
- Kartoffel → rova
scherzhaft: Knollennase
- Kartoffel → potatisnäsa
Botanik: eine essbare Knolle von der gleichnamigen Pflanze
- Kartoffel → potatis; jordpäron
Botanik: eine Nutzpflanze mit weiß-bläulichen Blüten und grünen Beeren
- Kartoffel → potatis

Cross Translation:

From	To	Via
• Kartoffel	→ potatis; potät; jordäpple; pära; pantoffel; plugg	↔ potato — plant tuber eaten as starchy vegetable
• Kartoffel	→ potatis	↔ pomme de terre — Légume

Verwante vertalingen van Kartoffel

kleine Kartoffel