Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Kauf:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Kauf (Duits) in het Zweeds

Kauf:

Kauf [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Kauf (Ankauf; Abnahme; Akquisition; )
    köp; förvärv; inköp; uppköp
    • köp [-ett] zelfstandig naamwoord
    • förvärv [-ett] zelfstandig naamwoord
    • inköp [-ett] zelfstandig naamwoord
    • uppköp [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. der Kauf (Ankauf; Erwerb)
    inköp; köp; förvärv
    • inköp [-ett] zelfstandig naamwoord
    • köp [-ett] zelfstandig naamwoord
    • förvärv [-ett] zelfstandig naamwoord
  3. der Kauf
    köp
    • köp [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Kauf:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förvärv Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf
inköp Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf
köp Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf Abhandeln; Abmarkten; Schachern; ankauf
uppköp Abnahme; Akquisition; Ankauf; Aquisition; Erwerb; Erwerbung; Kauf Übernahme

Synoniemen voor "Kauf":


Wiktionary: Kauf

Kauf
noun
  1. der entgeltliche Erwerb einer Ware

Cross Translation:
FromToVia
Kauf anskaffning; inköp; köp; ackvisition; förvärv acquisitionaction d’acquérir.
Kauf anskaffning; inköp; köp empletteemploi, choix.

Verwante vertalingen van Kauf