Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Knorpel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Knorpel (Duits) in het Zweeds

Knorpel:

Knorpel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Knorpel (Gelenknorpel)
    brosk
    • brosk [-ett] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Knorpel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brosk Gelenknorpel; Knorpel

Wiktionary: Knorpel

Knorpel
noun
  1. Anatomie: elastisches, aber dennoch festes Gewebe des Körpers

Cross Translation:
FromToVia
Knorpel brosk cartilage — dense connective tissue
Knorpel brosk gristle — cartilage