Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Kreatur

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Kreatur

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Kreatur:
- Wiktionary:
  Kreatur → kreatur, varelse, skapelse
  Kreatur → varelse, skapelse
- Synoniemen voor "Kreatur":
  armes Wesen
  Geschöpf; Lebewesen; Organismus; Wesen; Entität; Instanz

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

Kreatur:
- Wiktionary:
  kreatur → Vieh, Nutztier, Kreatur
- Synoniemen voor "kreatur":
  ko; boskap; djur; fä

Duits

Uitgebreide vertaling voor Kreatur (Duits) in het Zweeds

Kreatur:

Synoniemen voor "Kreatur":

armes Wesen
Geschöpf; Lebewesen; Organismus; Wesen; Entität; Instanz

Wiktionary: Kreatur

Kreatur

noun

abwertend auch als Schimpfwort gebraucht
- Kreatur → kreatur
Lebewesen, Geschöpf, etwas „Kreiertes“, „Geschaffenes“
- Kreatur → kreatur; varelse; skapelse

Cross Translation:

From	To	Via
• Kreatur	→ varelse	↔ creature — A creature
• Kreatur	→ skapelse; varelse	↔ créature — Résultat de la création

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Kreatur (Zweeds) in het Duits

kreatur:

Synoniemen voor "kreatur":

ko; boskap; djur; fä

Wiktionary: kreatur

kreatur

noun

Alle Nutztiere, die in der Landwirtschaft gehalten werden.
- Vieh → kreatur; boskap
nicht frei lebendes, an den Menschen gewöhntes Tier, dessen Nutzwert überwiegt, zum Beispiel die Kuh als Milchlieferant oder beim Bauern die Katze als Mäusefänger
- Nutztier → kreatur; nyttodjur
abwertend auch als Schimpfwort gebraucht
- Kreatur → kreatur
Lebewesen, Geschöpf, etwas „Kreiertes“, „Geschaffenes“
- Kreatur → kreatur; varelse; skapelse