Luxus: vertaling Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Luxus:
- lyx; överflöd; rikedom; överdåd; prakt; förmögenhet
Wiktionary:
- Luxus → lyx

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

luxuös:
- luxuriös; prunkvoll
Wiktionary:
- luxuös → luxuriös
- luxuös → prächtig

Duits

Uitgebreide vertaling voor Luxus (Duits) in het Zweeds

Luxus:

Luxus [der ~] zelfstandig naamwoord

der Luxus (Prunk; Überfluß; Pracht; Stattlichkeit; Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Reichtum; Wonne; Wollust; Üppigkeit)
lyx; överflöd; rikedom; överdåd; prakt
- lyx [-en] zelfstandig naamwoord
- överflöd [-ett] zelfstandig naamwoord
- rikedom [-en] zelfstandig naamwoord
- överdåd [-ett] zelfstandig naamwoord
- prakt [-en] zelfstandig naamwoord
der Luxus (Reichtum; Pracht)
rikedom; förmögenhet
- rikedom [-en] zelfstandig naamwoord
- förmögenhet [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Luxus:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
förmögenhet	Luxus; Pracht; Reichtum	Finanzen; Geld; Geldbestand; Gelder; Geldmittel; Kapital; Kapitalgut; Vermögen; finanziellen Mittel; große Summe Geld
lyx	Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Luxus; Pracht; Prunk; Reichtum; Stattlichkeit; Wollust; Wonne; Überfluß; Üppigkeit	Luxusartikel
prakt	Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Luxus; Pracht; Prunk; Reichtum; Stattlichkeit; Wollust; Wonne; Überfluß; Üppigkeit	Ehre; Glorie; Pracht; Prunk; Ruhm
rikedom	Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Luxus; Pracht; Prunk; Reichtum; Stattlichkeit; Wollust; Wonne; Überfluß; Üppigkeit	Mannigfaltigkeit; Reichtum; Vielzahl
överdåd	Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Luxus; Pracht; Prunk; Reichtum; Stattlichkeit; Wollust; Wonne; Überfluß; Üppigkeit	Überflüsse
överflöd	Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Luxus; Pracht; Prunk; Reichtum; Stattlichkeit; Wollust; Wonne; Überfluß; Üppigkeit	Fülle; Mannigfaltigkeit; Reichlichkeit; Stattlichkeit; Verschiedenartigkeit; Vielzahl; Überflüsse; Üppigkeit

Synoniemen voor "Luxus":

Aufwand; Pomp; Pracht; Wohlstand
Geaase; Gepränge; Maßlosigkeit; Prasserei; Prunk; Unmäßigkeit; Vergeudung; Verschleuderung; Verschwendung

Wiktionary: Luxus

Luxus

noun

Gegenstände oder Verhaltensweisen, die über das Übliche hinausgehen und nur dem persönlichen Vergnügen dienen
- Luxus → lyx

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Luxus (Zweeds) in het Duits

luxuös:

luxuös bijvoeglijk naamwoord

luxuös (lyxigt; praktfull; överdådig; påkostat; överdådigt; lyxbetonad; praktfullt; lyxbetonat)
luxuriös; prunkvoll
- luxuriös bijvoeglijk naamwoord
- prunkvoll bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor luxuös:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
luxuriös	luxuös; lyxbetonad; lyxbetonat; lyxigt; praktfull; praktfullt; påkostat; överdådig; överdådigt	riklig; rikligt; ymnigt; överflödande
prunkvoll	luxuös; lyxbetonad; lyxbetonat; lyxigt; praktfull; praktfullt; påkostat; överdådig; överdådigt	glänsande; glänsandet; lysandet; magnifik; magnifikt; ståtligt

Synoniemen voor "luxuös":

praktfull

Wiktionary: luxuös

luxuös

adjective

mit Luxus ausgestattet, voller Luxus
- luxuriös → luxuös; lyxig

Cross Translation:

From	To	Via
• luxuös	→ prächtig	↔ sumptuous — magnificent, splendid, extremely good

Remove Ads

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Luxus

Uitgebreide vertaling voor Luxus (Duits) in het Zweeds

Luxus:

Luxus [der ~] zelfstandig naamwoord

der Luxus (Prunk; Überfluß; Pracht; Stattlichkeit; Fülle; Glanz; Herrlichkeit; Reichtum; Wonne; Wollust; Üppigkeit)

der Luxus (Reichtum; Pracht)

Vertaal Matrix voor Luxus:

Synoniemen voor "Luxus":

Wiktionary: Luxus

Uitgebreide vertaling voor Luxus (Zweeds) in het Duits

luxuös:

luxuös bijvoeglijk naamwoord

luxuös (lyxigt; praktfull; överdådig; påkostat; överdådigt; lyxbetonad; praktfullt; lyxbetonat)

Vertaal Matrix voor luxuös:

Synoniemen voor "luxuös":

Wiktionary: luxuös