Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Maul

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Maul

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Maul:
- Wiktionary:
  Maul → mule
  Maul → käft, mun, feja
- Synoniemen voor "Maul":
  Fresse; Gosche; Gusche; Mund; Omme; Schnauze; Schnute; Körperteil; Organ

Duits

Uitgebreide vertaling voor Maul (Duits) in het Zweeds

Maul:

Synoniemen voor "Maul":

Fresse; Gosche; Gusche; Mund; Omme; Schnauze; Schnute; Körperteil; Organ

Wiktionary: Maul

Maul

noun

umgangssprachlich, abwertend: der menschliche Mund
- Maul → mule
Körperöffnung bei Tieren, durch die Nahrung aufgenommen wird
- Maul → mule

Cross Translation:

From	To	Via
• Maul	→ käft; mun	↔ mouth — the opening of an animal through which food is ingested
• Maul	→ feja	↔ tronche — (vieilli) bûche.