Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Patt:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. patt:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Patt (Duits) in het Zweeds

Patt:

Patt [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Patt
    pattställning
  2. Patt
    pattställning; patt; göra patt

Vertaal Matrix voor Patt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pattställning Patt Sackgasse
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
göra patt Patt
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
patt Patt

Wiktionary: Patt

Patt
noun
  1. Schach: Stellung, in der ein Spieler keinen regelgerechten Zug mehr ausführen kann, ohne im Schach zu stehen (anders als beim Matt); die Partie wird dann unentschieden gewertet

Cross Translation:
FromToVia
Patt patt stalemate — chess term



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Patt (Zweeds) in het Duits

patt:

patt bijvoeglijk naamwoord

  1. patt (pattställning; göra patt)
    Patt
    • Patt [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor patt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Patt göra patt; patt; pattställning pattställning

Wiktionary: patt

patt
adjective
  1. Im Schachspiel: nicht im Schach zu stehen, jedoch keinen regelgerechten Zug mehr ausführen können, ohne in ein Schach zu geraten; die Partie wird dann als unentschieden gewertet
noun
  1. Schach: Stellung, in der ein Spieler keinen regelgerechten Zug mehr ausführen kann, ohne im Schach zu stehen (anders als beim Matt); die Partie wird dann unentschieden gewertet

Cross Translation:
FromToVia
patt Möpse; Titte boob — breast (colloquial)
patt Patt stalemate — chess term