Duits
Uitgebreide vertaling voor Polier (Duits) in het Zweeds
Polier:
-
der Polier (Werkmeister; Vorarbeiter; Kolonnenführer; Schachtmeister; Hüttenmeister; Partieführer; Meister; Sägemeister)
Vertaal Matrix voor Polier:
| Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
| förman | Hüttenmeister; Kolonnenführer; Meister; Partieführer; Polier; Schachtmeister; Sägemeister; Vorarbeiter; Werkmeister | Anführer; Gruppenleiter; Haupt; Häupter; Obergehilfe; Obergeselle; Vorarbeiter; Vordermann; Vormann |
Synoniemen voor "Polier":
Wiktionary: Polier
Polier
noun
-
Architektur, Bauwesen: der für die Ausführung eines Bauwerkes verantwortliche und weisungsberechtigte Mitarbeiter am Bau