Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Schachspiel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schachspiel (Duits) in het Zweeds

Schachspiel:

Schachspiel [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Schachspiel (Schach)
    schack; schackspel

Vertaal Matrix voor Schachspiel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
schack Schach; Schachspiel Damsteinespiel
schackspel Schach; Schachspiel Damespiel; Schachspiele

Synoniemen voor "Schachspiel":


Wiktionary: Schachspiel

Schachspiel
noun
  1. beliebtes Brettspiel, streng genommen ein Teil einer zweiteiligen Schachpartie