Duits

Uitgebreide vertaling voor Spiegelung (Duits) in het Zweeds

Spiegelung:

Spiegelung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Spiegelung (Spiegelbild; Gegenbild; Widerspiegelung)
    spegelbild; reflexion; återspegling; reflektering
  2. die Spiegelung (Widerspiegelung; Reflexion; Widerschein; Abglanz; Widerhall)
    återsken; spegelbild; återspegling; återkastning
  3. die Spiegelung (Datenbankspiegelung)

Vertaal Matrix voor Spiegelung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
reflektering Gegenbild; Spiegelbild; Spiegelung; Widerspiegelung
reflexion Gegenbild; Spiegelbild; Spiegelung; Widerspiegelung
spegelbild Abglanz; Gegenbild; Reflexion; Spiegelbild; Spiegelung; Widerhall; Widerschein; Widerspiegelung
återkastning Abglanz; Reflexion; Spiegelung; Widerhall; Widerschein; Widerspiegelung
återsken Abglanz; Reflexion; Spiegelung; Widerhall; Widerschein; Widerspiegelung
återspegling Abglanz; Gegenbild; Reflexion; Spiegelbild; Spiegelung; Widerhall; Widerschein; Widerspiegelung Widerspiegelung
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
spegling Datenbankspiegelung; Spiegelung Reflexionsbild

Synoniemen voor "Spiegelung":