Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zutritt (Duits) in het Zweeds

Zutritt:

Zutritt [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Zutritt (Eintrittspreis; Eintrittpreis; Zugang; Eintrittsgeld)
    inträdesavgift; inträdespris; inträdeskostnad
  2. der Zutritt (Beitritt)
    ingång
    • ingång [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Zutritt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ingång Beitritt; Zutritt Auffahrt; Einfahrt; Eingang; Eingangshalle; Eingangstor; Einkommen; Halle; Portal; Rampe; Tor; Tür; Vorhalle; Zufahrtsstraße; Zugang
inträdesavgift Eintrittpreis; Eintrittsgeld; Eintrittspreis; Zugang; Zutritt Anmeldegebühr; Anmeldungsgebühr; Eintragungsgebühr
inträdeskostnad Eintrittpreis; Eintrittsgeld; Eintrittspreis; Zugang; Zutritt
inträdespris Eintrittpreis; Eintrittsgeld; Eintrittspreis; Zugang; Zutritt

Synoniemen voor "Zutritt":


Wiktionary: Zutritt


Cross Translation:
FromToVia
Zutritt tillgång; tillträde access — right or ability of approaching or entering
Zutritt tillträde entry — permission to enter
Zutritt inträde; entré; intåg; ankomst entrée — act of entering
Zutritt tillträde; anfall accès — Action, endroit, ou facilité plus ou moins grande d’accéder dans un lieu, physique ou virtuel.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Zutritt