Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: liberal

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: liberal

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

liberal:
- liberal; liberalt
Wiktionary:
- liberal → liberal

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

liberal:
- großzügig; liberal
- Liberale
Wiktionary:
- liberal → liberal, großzügig, freiheitlich

Duits

Uitgebreide vertaling voor liberal (Duits) in het Zweeds

liberal:

liberal bijvoeglijk naamwoord

liberal (großzügig)
liberal; liberalt
- liberal bijvoeglijk naamwoord
- liberalt bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor liberal:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
liberal		Liberale
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
liberal	großzügig; liberal
liberalt	großzügig; liberal

Synoniemen voor "liberal":

freiheitlich; freisinnig; liberalistisch; libertär
vorurteilsfrei; vorurteilslos

Wiktionary: liberal

liberal

adjective

den Liberalismus betreffend, freiheitsliebend
- liberal → liberal
weltanschaulich tolerant, freisinnig, Vorurteilsfrei, vorurteilslos
- liberal → liberal

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor liberal (Zweeds) in het Duits

liberal:

liberal bijvoeglijk naamwoord

liberal (liberalt)
großzügig; liberal
- großzügig bijvoeglijk naamwoord
- liberal bijvoeglijk naamwoord

liberal [-en] zelfstandig naamwoord

liberal
der Liberale
- Liberale [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor liberal:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Liberale	liberal
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
großzügig	liberal; liberalt	detaljerat; furstligt; fyllig; fylligt; generös; generöst; genomarbetad; genomarbetat; givmild; givmilt; hjärtvänlig; hjärtvänligt; högfärdigt; kunglig; kungligt; oekonomisk; oekonomiskt; riklig; rikligt; rymligt; slösaktigt; stolt; storartigt; storsint; uppblåst; vid; ymnigt
liberal	liberal; liberalt

Synoniemen voor "liberal":

frisinnad; fri; fritänkande

Wiktionary: liberal

liberal

adjective

den Liberalismus betreffend, freiheitsliebend
- liberal → liberal
weltanschaulich tolerant, freisinnig, Vorurteilsfrei, vorurteilslos
- liberal → liberal
die Art, über Fehler anderer hinwegzusehen
- großzügig → generös; liberal
politische oder wirtschaftliche Überregulierung ablehnend, dem Liberalismus anhängend
- freiheitlich → liberal; frihetlig