Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. normal:
  2. Normal:
  3. Wiktionary:
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. Normal:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor normal (Duits) in het Zweeds

normal:

normal bijvoeglijk naamwoord

  1. normal (regulär; regelmäßig; reglär; )
    regelbundet; regelmässig; reguljärt; regelmässigt; på regelbundna tider

Vertaal Matrix voor normal:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
på regelbundna tider durchgehend; durchweg; gewohnt; gewöhnlich; normal; regelmäßig; reglär; regulär; ständig
regelbundet durchgehend; durchweg; gewohnt; gewöhnlich; normal; regelmäßig; reglär; regulär; ständig den Regeln gemäß; gleichmäßig; in einem festen Rythmus; oft; regelmäßig
regelmässig durchgehend; durchweg; gewohnt; gewöhnlich; normal; regelmäßig; reglär; regulär; ständig
regelmässigt durchgehend; durchweg; gewohnt; gewöhnlich; normal; regelmäßig; reglär; regulär; ständig
reguljärt durchgehend; durchweg; gewohnt; gewöhnlich; normal; regelmäßig; reglär; regulär; ständig turnusmäßig

Synoniemen voor "normal":


Wiktionary: normal

normal
adjective
  1. ohne Steigerung: vorhandenen (gesellschaftlichen, wissenschaftlichen, medizinischen, subjektiv erfahrenen) Normen entsprechend

Cross Translation:
FromToVia
normal normal normal — according to norms or rules
normal normal normal — usual, ordinary
normal normal normaal — als norm dienend
normal normal normal — Qui est conforme à la règle, à l’ordre.

Normal:

Normal bijvoeglijk naamwoord

  1. Normal
    Normal
    • Normal bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor Normal:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Normal Normal

Synoniemen voor "Normal":




Zweeds

Uitgebreide vertaling voor normal (Zweeds) in het Duits

normal:


Synoniemen voor "normal":


Wiktionary: normal

normal
adjective
  1. ohne Steigerung: vorhandenen (gesellschaftlichen, wissenschaftlichen, medizinischen, subjektiv erfahrenen) Normen entsprechend
noun
  1. Geometrie: gerade Linie, die zu einer anderen Geraden oder einer Ebene senkrecht steht

Cross Translation:
FromToVia
normal normal normal — according to norms or rules
normal normal normal — usual, ordinary
normal Normale normal — mathematics: a line perpendicular to another
normal normal normaal — als norm dienend
normal normal normal — Qui est conforme à la règle, à l’ordre.

Normal:

Normal bijvoeglijk naamwoord

  1. Normal
    Normal
    • Normal bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor Normal:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Normal Normal

Verwante vertalingen van normal