Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: orange

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: orange

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

orange:
- apelsin
Orange:
- apelsin
Wiktionary:
- orange → brandgul, orange
- orange → orange, brandgul, apelsinfärgad
- Orange → orange färg, apelsin
- Orange → apelsin, orange, brandgul

Zweeds naar Duits: Meer gegevens...

orange:
- Wiktionary:
  orange → orange
  orange → Orange, orange, Farbe
- Synoniemen voor "orange":
  rödgul; brandgul; brandröd

Duits

Uitgebreide vertaling voor orange (Duits) in het Zweeds

orange:

orange bijvoeglijk naamwoord

orange
apelsin
- apelsin bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor orange:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
apelsin		Apfelsine; Orange
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
apelsin	orange

Synoniemen voor "orange":

apricot; orangefarben; pfirsichfarben; Farbe; Farbton; Kolorit; Nuance; Schattierung; Schimmer; Ton; Tönung

Wiktionary: orange

orange

adjective

eine Farbe zwischen gelb und rot habend
- orange → brandgul; orange

Cross Translation:

From	To	Via
• orange	→ orange; brandgul; apelsinfärgad	↔ orange — having the colour of the fruit of an orange tree

Orange:

Orange [die ~] zelfstandig naamwoord

die Orange (Apfelsine)
apelsin
- apelsin [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Orange:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
apelsin	Apfelsine; Orange
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
apelsin		orange

Synoniemen voor "Orange":

Apfelsine; Frucht; Obst

Wiktionary: Orange

Orange

noun

Farbe zwischen Gelb und Rot
- Orange → orange färg
süßliche, orangefarbene Zitrusfrucht
- Orange → apelsin

Cross Translation:

From	To	Via
• Orange	→ apelsin	↔ orange — fruit
• Orange	→ orange; brandgul	↔ orange — colour
• Orange	→ apelsin	↔ orange — Fruit de l’oranger
• Orange	→ orange	↔ orange — couleur tertiaire dans les deux systèmes (soustractif et additif), composer à partir du rouge et du jaune.

Zweeds

Uitgebreide vertaling voor orange (Zweeds) in het Duits

orange:

Synoniemen voor "orange":

rödgul; brandgul; brandröd

Wiktionary: orange

orange

adjective

eine Farbe zwischen gelb und rot habend
- orange → brandgul; orange

Cross Translation:

From	To	Via
• orange	→ Orange	↔ orange — colour
• orange	→ orange	↔ orange — having the colour of the fruit of an orange tree
• orange	→ Orange; Farbe	↔ orange — couleur tertiaire dans les deux systèmes (soustractif et additif), composer à partir du rouge et du jaune.