Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. polar:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. polar:
  2. pölar:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor polar (Duits) in het Zweeds

polar:

polar bijvoeglijk naamwoord

  1. polar (gegensätzlich)
    polar; polart
    • polar bijvoeglijk naamwoord
    • polart bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor polar:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
polar gegensätzlich; polar
polart gegensätzlich; polar

Wiktionary: polar


Cross Translation:
FromToVia
polar polär polar — having a dipole
polar polär polar — of a certain coordinate system



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor polar (Zweeds) in het Duits

polar:

polar bijvoeglijk naamwoord

  1. polar (polart)
    polar; gegensätzlich

Vertaal Matrix voor polar:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gegensätzlich polar; polart i motsats till; motsattslig; motsägelsefull; motsägelsefullt; tillbaka
polar polar; polart

pölar:

pölar zelfstandig naamwoord

  1. pölar
    die Sümpfe
    • Sümpfe [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pölar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Sümpfe pölar sumpmarker; träsk