Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal Abwickeln

Vertaal Abwickeln van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Abwickeln:
- avveckla; göra upp en sak; avgörande; fastställande

Duits

Uitgebreide vertaling voor Abwickeln (Duits) in het Zweeds

Abwickeln:

Abwickeln [das ~] zelfstandig naamwoord

Abwickeln (ein Geschäft abwickeln)
avveckla; göra upp en sak
- avveckla [-en] zelfstandig naamwoord
- göra upp en sak zelfstandig naamwoord
Abwickeln (Erledigen)
avgörande; fastställande
- avgörande [-en] zelfstandig naamwoord
- fastställande zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Abwickeln:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
avgörande	Abwickeln; Erledigen	Beschluß; Dekret; Erlaß; Ratsbeschluß
avveckla	Abwickeln; ein Geschäft abwickeln
fastställande	Abwickeln; Erledigen	Abkommen; Abmachung; Anberaumen; Einigung; Festsetzen; Kompromiß; Vereinbarung; Verfügung; Vergleich
göra upp en sak	Abwickeln; ein Geschäft abwickeln
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
avveckla		aufwickeln; aufwinden
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
avgörande		eifrig; energisch; entscheidend; kraftvoll; kräftig; tatkräftig; triftig; wirksam; zugreifend

Verwante vertalingen van Abwickeln

ein Geschäft abwickeln