Duits

Uitgebreide vertaling voor Eigenart (Duits) in het Zweeds

Eigenart:

Eigenart [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Eigenart (Besonderheit; Sonderbarkeit)
    detalj; besynnerlighet; egenart
  2. die Eigenart (Charakterschilderung; Eigenschaft; Charakteristik; )
    karaktisera
  3. die Eigenart (Charaktereigenschaft; Eigenschaft; Charakterzug)
    karaktärsdrag
  4. die Eigenart (Eigentümlichkeit; Sonderbarkeit; Seltsamkeit; Merkwürdigkeit; Fremdartigkeit)
    egendomlighet; ovanlighet; underlighet

Vertaal Matrix voor Eigenart:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
besynnerlighet Besonderheit; Eigenart; Sonderbarkeit
detalj Besonderheit; Eigenart; Sonderbarkeit Detail; Einzelheit; Kleinigkeit; Nebensache
egenart Besonderheit; Eigenart; Sonderbarkeit
egendomlighet Eigenart; Eigentümlichkeit; Fremdartigkeit; Merkwürdigkeit; Seltsamkeit; Sonderbarkeit Besonderheit; Eigenartigkeit; Eigenheit; Eigentümlichkeit; Extravaganz; Fremdartigkeit; Kuriosität; Seltsamkeit; Sonderbarkeit
karaktisera Besonderheit; Charakterbeschreibung; Charaktereigenschaft; Charakterisierung; Charakteristik; Charakterschilderung; Charakterskizze; Eigenart; Eigenschaft; Einschläge; Spur
karaktärsdrag Charaktereigenschaft; Charakterzug; Eigenart; Eigenschaft Charaktereigenschaft; Charakterisierung; Charakterzug; Eigenschaft; Kennzeichen; Kennzeichnung
ovanlighet Eigenart; Eigentümlichkeit; Fremdartigkeit; Merkwürdigkeit; Seltsamkeit; Sonderbarkeit Besonderheit; Eigentümlichkeit; Extravaganz
underlighet Eigenart; Eigentümlichkeit; Fremdartigkeit; Merkwürdigkeit; Seltsamkeit; Sonderbarkeit Exentrizität; Kuriosität; Seltsamkeit; Sonderbarkeit

Synoniemen voor "Eigenart":


Wiktionary: Eigenart

Eigenart
noun
  1. eine spezifische Besonderheit

Cross Translation:
FromToVia
Eigenart karakteristikum; karakteristik characteristic — distinguishing feature
Eigenart egenskap; egenart; egenhet idiosyncrasy — way of behaving or thinking