Gemisch in het Zweeds vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Gemisch:
- brygd; blandning; mix; ihop blandning; förening; sammansmältning; hopslagning; amalgamering
Wiktionary:
- Gemisch → blandning
- Gemisch → legering

Duits

Uitgebreide vertaling voor Gemisch (Duits) in het Zweeds

Gemisch (Gebräu)
brygd
- brygd [-en] zelfstandig naamwoord
Gemisch (Mischung)
blandning
- blandning [-en] zelfstandig naamwoord
Gemisch (Mischung)
blandning; mix
- blandning [-en] zelfstandig naamwoord
- mix [-en] zelfstandig naamwoord
Gemisch (Mischung; Durcheinander; Melange)
ihop blandning
- ihop blandning zelfstandig naamwoord
Gemisch (Amalgamation; Mischung; Verschmelzung; Mengen; Vermischung)
förening; sammansmältning; blandning; hopslagning; amalgamering
- förening [-en] zelfstandig naamwoord
- sammansmältning [-en] zelfstandig naamwoord
- blandning [-en] zelfstandig naamwoord
- hopslagning [-en] zelfstandig naamwoord
- amalgamering zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
amalgamering	Amalgamation; Gemisch; Mengen; Mischung; Vermischung; Verschmelzung	Amalgamation; Verschmelzung
blandning	Amalgamation; Gemisch; Mengen; Mischung; Vermischung; Verschmelzung	Allerlei; Amalgamation; Hybride; Kreuzung; Melange; Mischung; Varia; Vermischung
brygd	Gebräu; Gemisch
förening	Amalgamation; Gemisch; Mengen; Mischung; Vermischung; Verschmelzung	Amalgamation; Assoziation; Auseinandersetzung; Bund; Differenz; Diskussion; Eingliederung; Einigung; Fusion; Gemeinschaft; Genossenschaft; Geselligkeitsverein; Gesellschaft; Gilde; Gruppe; Gruppe von Menschen; Handwerksgilde; Integration; Klub; Koalition; Kombination; Konnexion; Kopplung; Korporation; Kreis; Meinungsverschiedenheit; Runde; Schar; Sozietät; Streitgespräch; Trupp; Verbindung; Verein; Vereinigung; Zusammenfügung; Zusammenschluß
hopslagning	Amalgamation; Gemisch; Mengen; Mischung; Vermischung; Verschmelzung
ihop blandning	Durcheinander; Gemisch; Melange; Mischung	Dichtung; Horde; Kram; Mischmasch; Plunder; Sammelsurium; Schar; Schrott; Schund; Zusammengeraffte
mix	Gemisch; Mischung
sammansmältning	Amalgamation; Gemisch; Mengen; Mischung; Vermischung; Verschmelzung	Amalgamation; Eingliederung; Fusion; Integration; Verschmelzung; Zusammenschluß; Zusammenschmelzung

Gemisch

noun

etwas, was durch Vermischen von festen, flüssigen oder gasförmigen Stoffen entsteht, Mischung aus zwei oder mehreren verschiedenen Stoffen, deren Bestandteile meist sehr fein verteilt sind
- Gemisch → blandning

Cross Translation:

From	To	Via
• Gemisch	→ legering	↔ alliage — chimie\|nocat=1 action de combiner plusieurs éléments.