Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal Sinken

Vertaal Sinken van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Sinken:
- nedgång; förfall; avtagande; kraftigt sjunkande

Duits

Uitgebreide vertaling voor Sinken (Duits) in het Zweeds

Sinken:

Sinken [das ~] zelfstandig naamwoord

Sinken (Abnahme; Fallen; Rückgang; Senkung; Schrumpfung)
nedgång; förfall; avtagande
- nedgång [-en] zelfstandig naamwoord
- förfall [-ett] zelfstandig naamwoord
- avtagande zelfstandig naamwoord
Sinken (stark im Wert fallen; Abrutschen; Einsinken; Zurückfallen)
kraftigt sjunkande
- kraftigt sjunkande zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Sinken:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
avtagande	Abnahme; Fallen; Rückgang; Schrumpfung; Senkung; Sinken	Abnehmen; Abschwächung; Niedergang; Rückgang; Schwundeffekt; Untergang; Verfall; Verminderung; Verringerung
förfall	Abnahme; Fallen; Rückgang; Schrumpfung; Senkung; Sinken	Abfaulen; Dekadenz; Entartung; Niedergang; Untergang; Verderb; Verfall; Verluderung; Verschlechterung
kraftigt sjunkande	Abrutschen; Einsinken; Sinken; Zurückfallen; stark im Wert fallen
nedgång	Abnahme; Fallen; Rückgang; Schrumpfung; Senkung; Sinken	Abfaulen; Abschwächung; Dekadenz; Entartung; Niedergang; Rückgang; Rücklauf; Untergang; Verderb; Verfall; Verluderung; Verminderung; Verringerung
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
avtagande		abnehmend; neigend; verblassend

Synoniemen voor "Sinken":

Abnehmen; Nachlassen; Verringerung
Abfall; Fall; Fallen; Niedergang; Sturz; Untergang; Begebenheit; Ereignis; Geschehnis; Vorfall; Vorgang; Vorkommnis

Verwante vertalingen van Sinken

kräftig sinken