Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Substanz:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Substanz (Duits) in het Zweeds

Substanz:

Substanz [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Substanz
    fråga; sak; substans
    • fråga [-en] zelfstandig naamwoord
    • sak [-en] zelfstandig naamwoord
    • substans [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Substanz:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fråga Substanz Abfrage; Anfrage; Angelegenheit; Fall; Frage; Interpellation; Problem; Sache; Streitfrage
sak Substanz Affäre; Angelegenheit; Fall; Frage; Grund; Problem; Sache; Streitfrage; Ursache
substans Substanz
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fråga anfragen; ansuchen; ausforschen; beantragen; befragen; beten; betteln; bitten; eine Frage stellen; erforschen; erfragen; ergründen; erkunden; erproben; ersuchen; fahnden; flehen; forschen; fragen; informieren; nachforschen; nachfragen; nachgehen; nachspüren; prüfen; sich fragen; spüren; suchen; untersuchen; verwundern; überprüfen

Synoniemen voor "Substanz":

  • Eigentliche; Wesentliche; das A und O; der springende Punkt; Essenz; Grundgedanke; Hauptgehalt; Hauptsache; Kernstück; Quiddität; Wesen
  • Stoff; nicht lebendes Objekt; unbelebtes Objekt
  • Gedankenfülle; Gedankenreichtum; Gedankentiefe; Gehalt; Tiefgang; Tiefgründigkeit

Wiktionary: Substanz


Cross Translation:
FromToVia
Substanz stoff matter — kind of substance
Substanz ämne; substans substance — matter
Substanz substans substance — essential part
Substanz resurs substance — considerable wealth
Substanz substans substance — drugs
Substanz väsen; substans; märg; kraft substance — philosophie|fr Ce qui subsister par soi-même, indépendamment de tout accident.