Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Vertaal aber

Vertaal aber van Duits naar Zweeds

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

aber:
- ändå; dock; emellertid
- ändock; men
Wiktionary:
- aber → igen
- aber → verkligen, ju, dock, emellertid, men, utom, förutom, fast

Duits

Uitgebreide vertaling voor aber (Duits) in het Zweeds

aber:

aber bijvoeglijk naamwoord

aber (doch; allerdings; allein)
ändå
- ändå bijvoeglijk naamwoord
aber (jedoch; allein; indessen; indes)
dock; emellertid
- dock bijvoeglijk naamwoord
- emellertid bijvoeglijk naamwoord

aber

aber (doch; jedoch)
ändock; men
- ändock
- men

Vertaal Matrix voor aber:

Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
men	aber; doch; jedoch
ändock	aber; doch; jedoch
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dock	aber; allein; indes; indessen; jedoch
emellertid	aber; allein; indes; indessen; jedoch
ändå	aber; allein; allerdings; doch	auf irgendeine Weise; irgendwie; jedoch; obgleich; obwohl

Synoniemen voor "aber":

wohl; zwar
allerdings; dennoch; dessen ungeachtet; doch; gleichwohl; indes; indessen; jedoch; nichtsdestotrotz; nichtsdestoweniger; nur; obgleich; trotzdem; ungeachtet
andererseits; dagegen; demgegenüber; handkehrum; hingegen; hinwieder; im Gegensatz dazu; im Kontrast dazu; im Unterschied dazu; konträr dazu; nur; wohingegen
daher; freilich; Gewiss; immerhin; nunmehr; zugegeben

Wiktionary: aber

aber

adverb

veraltet; noch in festen Wortverbindungen wie aber und aber vorkommend: abermals, noch einmal, wiederholt, immer wieder
- aber → igen

Ausdruck einer Verstärkung
- aber → verkligen; ju
einen Gegensatz ausdrückend: jedoch, dagegen
- aber → dock; emellertid; men

Cross Translation:

From	To	Via
• aber	→ utom; förutom	↔ but — except
• aber	→ men; fast	↔ but — although
• aber	→ men	↔ maar — tegenwerping, introduceert een zin(sdeel) dat het voorgaande zin(sdeel) tegenspreekt of er mee contrasteert