Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. erbeuten:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor erbeuten (Duits) in het Zweeds

erbeuten:

erbeuten werkwoord

  1. erbeuten (verpflegen; ernähren; speisen; füttern)
    jaga
    • jaga werkwoord (jagar, jagade, jagat)

Vertaal Matrix voor erbeuten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
jaga erbeuten; ernähren; füttern; speisen; verpflegen folgen; nachgehen; nachjagen; verfolgen

Synoniemen voor "erbeuten":


Wiktionary: erbeuten


Cross Translation:
FromToVia
erbeuten fånga capturers’emparer d’un être vivant ou d’une chose.