Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. verhalten:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor verhalten (Duits) in het Zweeds

verhalten:

verhalten bijvoeglijk naamwoord

  1. verhalten (verbissen; haßerfüllt; feindselig)
    tystlåten; bister; bistert; fåordigt; tystlåtet

Vertaal Matrix voor verhalten:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bister feindselig; haßerfüllt; verbissen; verhalten grimmig
bistert feindselig; haßerfüllt; verbissen; verhalten
fåordigt feindselig; haßerfüllt; verbissen; verhalten
tystlåten feindselig; haßerfüllt; verbissen; verhalten geräuschlos; klanglos; lautlos; leise; ohne Geräusch; ruhig; schweigend; schweigsam; still; tonlos; wenig sprechend
tystlåtet feindselig; haßerfüllt; verbissen; verhalten schweigsam; wenig sprechend

Synoniemen voor "verhalten":


Wiktionary: verhalten


Cross Translation:
FromToVia
verhalten uppföra behave — to act in a specific manner
verhalten behålla; hålla tenir — Avoir en main, entre les bras, de manière à ne pas laisser aller.

Verwante vertalingen van verhalten