Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Kreuzigung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Kreuzigung (Duits) in het Zweeds

Kreuzigung:

Kreuzigung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Kreuzigung
    korsfästning
  2. die Kreuzigung (Kreuzestod)
    döden på korset; kosfästelsedöd

Vertaal Matrix voor Kreuzigung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
döden på korset Kreuzestod; Kreuzigung
korsfästning Kreuzigung
kosfästelsedöd Kreuzestod; Kreuzigung

Wiktionary: Kreuzigung

Kreuzigung
noun
  1. Hinrichtungsart, bei der eine Person an einen aufrechten Pfahl genagelt oder gefesselt wird

Cross Translation:
FromToVia
Kreuzigung korsfästning crucifixion — execution by being nailed or tied to an upright cross
Kreuzigung korsfästning crucifixion — death of Christ on cross
Kreuzigung korsfästelse kruisiging — het ter dood brengen van iemand door hem aan een kruis te nagelen

Computer vertaling door derden: